The Divine Life Society
Afdeling Aalst |
TOESPRAKEN IN DE VROEGE MORGEN
DOOR SWAMI CHIDANANDA
IN DE SAMADHI HALL VAN
SWAMI SIVANANDA’S AASHRAM
AAN DE GANGES
De menselijk geest wordt beïnvloed en gekleurd door de dingen die hem omgeven. Het is ook even waar dat de menselijke geest met zijn verscheidene stemmingen en veranderlijke toestanden een effect heeft op de dingen rondom hem. Je geest wordt beïnvloed door mensen, dingen en voorvallen, door wat je ziet en hoort. Evenzeer is het waar dat je iedereen en alles beïnvloedt waar je ook gaat.
Als je naast een kalm, sereen en geconcentreerd iemand zit, die een centrum van sereniteit en kalmte is, dan brengen de trillingen van die persoon je in een staat van een gelijkaardige kalmte. Zelfs als je van aard opgewonden en rusteloos bent, dringt ook dan zijn kalmte door in je geest. Als je daarentegen naast een gespannen, opgewonden mens zit, begin je je eveneens ongemakkelijk en opgewonden te voelen.
Dit is de kracht van de dingen in je omgeving. Naast een vuur voel je de warmte en krijg je het benauwd. In de koude voel je de kou. Verschillende eigenschappen en factoren, bepaalde geuren, allerlei waarnemingen brengen onmiddellijk een bepaalde gedachtestroom op gang. We worden dus in hoge mate beïnvloed en meegesleept door uiterlijke factoren.
Er is een belangrijk punt waarover je eerlijk en met veel begrip moet nadenken. Als je voortdurend moet verblijven te midden van verscheidene dingen, mensen en omgevingen betekent dat dan dat je nooit standvastig kunt zijn? Moet je geest dan ook voortdurend in een staat van onevenwicht verkeren, altijd veranderlijk, altijd beïnvloed, altijd ofwel sereen ofwel opgewonden, altijd een of andere reactie veroorzakend?
Ben je louter een bundel van reacties? Heb je geen eigen persoonlijkheid? Heb je geen eigen fundamentele basis, die kan worden beïnvloed, maar die ook constant kan zijn? Dat is onmogelijk. Iedereen wordt geboren met een bepaalde eigen aard, een ingeboren natuur. Iedereen heeft een eigen constante individuele natuur. Vanuit het hoogste standpunt is die meest innerlijke natuur goddelijkheid. Het is Satchidaananda, Bestaan-Bewustzijn-Zaligheid. Uiteindelijk moet je dat centrum vinden en erin vast leren staan. Het vergt veel inspanning, maar vanuit een ander gezichtspunt vergt het helemaal geen inspanning. Het zou absoluut geen inspanning mogen vergen, want het is dat wat je bent. Maar we zijn er al zolang aan gewend verkeerd te denken dat het uiterst moeilijk werd zich daarvan te ontdoen. Het werd echt een hele opdracht. We zijn ons hele leven al verkeerd aan het denken. Het is een gewoontepatroon geworden, niet onze aard, maar een gewoontepatroon. Dit veranderen en ons bevrijden van verkeerd denken, kan enige tijd vergen. Maar dat mag er ons niet van weerhouden met een proces van juist denken te beginnen en van het verkeerde denken te verwerpen en er zich van af te keren als en wanneer het zich door gewoontevorming weer wil manifesteren. Dat is het wat we nodig hebben. Dat is het proces van verlossing. Dat is het proces van het overstijgen van de dingen. Als het wordt volgehouden zal het gewoontepatroon van verkeerd denken geleidelijk worden doorbroken en op de achtergrond geschoven om uiteindelijk helemaal te verdwijnen.
Dit proces is een innerlijk proces. In dit proces moet je beseffen dat het de Waarheid is die zich uiteindelijk zal bevestigen en manifesteren, want het is positief. Verkeerd denken is een negatief proces en kan zich dus niet voor eeuwig handhaven.
Wij zijn er ons niet van bewust dat we onszelf doelbewust bij de hand moeten nemen en met dit proces van transformatie een aanvang moeten maken. Als dit proces wordt gestart zal het effect beginnen hebben. Het zal zichzelf beginnen manifesteren en de gewenste transformatie met zich meebrengen. Maar in de meerderheid van de mensen wordt dit proces nooit doelbewust aangevat en uitgevoerd. Daardoor blijven ze wat ze zijn zelfs na jaren van saadhanaa (oefening). De reden is dat dit proces van innerlijke transformatie dat een subjectieve saadhanaa is in het innerlijke van ons eigen antahkarana (geest; letterlijk: innerlijk instrument) nooit ernstig werd genomen. Dag na dag moet het worden voortgezet samen met onze mantra japa, meditatie of kiertan, studie, satsang, Yoga-houdingen of -ademoefeningen.
Op dit punt moet je goed een belangrijke waarheid begrijpen. Ook al hebben omgevingen, omstandigheden, voorvallen en mensen een invloed op jou, ze kunnen je irriteren, beangstigen, een gevoel van vervreemding of vijandigheid, van vriendelijkheid of rust oproepen, toch kun je je immuun maken voor deze uiterlijke invloeden.
Wat is de sleutel tot dit begrip? Het is eenvoudigweg dit: al is het natuurlijk dat de mens wordt beïnvloed door zijn omgeving toch is het op de keper beschouwd de mens zelf die aan de uiterlijke factoren de kracht geeft om hem te beïnvloeden. Het is als je de werkelijkheid van deze dingen kracht geeft, als je je erop concentreert en er teveel belang aan hecht dat je jezelf eraan blootstelt, dat je je er voortdurend kwetsbaar voor openstelt.
Als je pratyaahaara of het terugtrekken van de geest beoefent volgens Patanjali’s Ashtaanga Yoga zul je ontdekken dat de dingen die vroeger een grote invloed op je uitoefenden je niet langer beïnvloeden. Waarom? Omdat je nu in een staat van innerlijkheid verkeert. Je slaagde erin introspectief te worden. Dat zal de overdreven concentratie op de dingen, omstandigheden en mensen, geleidelijk verminderen. Omdat de aandacht die je aan de dingen schonk nu naar binnen is gericht waar het eeuwige centrum van vrede, stabiliteit, kracht, licht, energie en wijsheid zich bevindt.
In welke mate je omgeving je beïnvloedt is iets dat niet wordt bepaald door de omgeving. Het wordt bepaald door jou. Als je wijs bent, als je in je geest viveka en vichaara (onderscheidingsvermogen en het juiste onderzoek) oproept en vastberaden de geest naar binnen keert, dan verliest de uiterlijke omgeving de kracht om je te beïnvloeden, je te veranderen of te irriteren. Als je de uiterlijke dingen echter blijft zien als verschrikkelijk echt, als heel belangrijk en als dingen die je in hun macht hebben dan zullen ze je blijven dooreenschudden, beïnvloeden en bepalen.
Vedanta maakt het heel duidelijk dat deze wereld en alle dingen erin een langgerekte droom zijn. Hij is tijdelijk, hij is slechts schijn. Je moet die uiterlijke dingen dan ook zien als dingen die niet heel belangrijk voor je zijn “Waarom zou ik me erdoor laten beïnvloeden? Welk belang heeft het wat iemand van me denkt? Laat hem denken wat hij wil. Het is zijn probleem, niet het mijne.” Als je je blijft zorgen maken over andermans gedachten dan stel je je bloot aan opwinding en pijn. Als je integendeel denkt aan de innerlijke werkelijkheid, de innerlijke pracht, het innerlijke Satchidaananda dan zul je daar triomfantelijk uit te voorschijn komen. In alle omstandigheden zal je geest zich in een staat van Satchidaananda, een staat van vrede en zaligheid bevinden. Het is niet wat mensen denken dat je beïnvloedt, maar wat jij denkt.